solution Contentsolution Content

Printkopfouten op HP Smart Tank 500, 600 printers

Nadat u de printkoppen hebt geïnstalleerd, wordt de printer niet voorbereid en ziet u de foutmelding Printkoppen ontbreken in de printersoftware of de HP Smart app. Afhankelijk van uw printer kan ook het volgende gebeuren.

  • Printers met aanraakschermen: Het foutbericht Probleem met cartridge wordt weergegeven.

  • Printers zonder aanraakschermen: Het waarschuwingspictogram , één of beide printkoppictogrammen en het lampje voor inkt-/printkop knipperen.

Vaststellen welke printkop de fout veroorzaakt

Bekijk het bedieningspaneel van de printer om te bepalen welke printkop de fout veroorzaakte.

  • Als de fout Cartridgeprobleem met een drie-kleurenpictogram wordt weergegeven of als het knipperende pictogram boven het drie-kleurenpictogram wordt weergegeven, wordt de fout veroorzaakt door de drie-kleurencartridge.

    Voorbeeld van een foutmelding voor een cartridgeprobleem
    Voorbeeld van het knipperende pictogram boven het driekleurencartridgepictogram
  • Als de fout Cartridgeprobleem met een zwart pictogram wordt weergegeven of als het knipperende pictogram boven het pictogram zwart ligt, dan heeft de zwarte cartridge de fout veroorzaakt.

    Voorbeeld van een foutmelding voor een cartridgeprobleem
    Voorbeeld van het knipperende pictogram boven het pictogram van de zwarte cartridge
  • Als de fout Cartridgeprobleem zowel driekleuren- als zwarte pictogrammen heeft of als de knipperende pictogrammen boven zowel driekleuren- als zwarte pictogrammen staan, dan hebben beide cartridges de fout veroorzaakt.

    Voorbeeld van een foutmelding voor een cartridgeprobleem
    Voorbeeld van het knipperende pictogram boven de pictogrammen driekleurencartridge en zwarte cartridge

Controleer de printkoppen

Het is mogelijk dat er een foutmelding op de printer wordt weergegeven als de printkoppen niet correct zijn geïnstalleerd.

  1. Controleer of de inkttanks minstens half vol zijn.

  2. Controleer of er papier in de invoerlade is geplaatst en schakel vervolgens de printer in.

  3. Open de voorklep en vervolgens de toegangsklep voor de printkoppen.

    Voorbeeld van de opening van de voorklep van de printer en vervolgens van de toegangsklep voor de printkop.
  4. Wacht tot de cartridgewagen niet meer beweegt voordat u verdergaat.

  5. Controleren of de vergrendeling van de printkopwagen gesloten is

    • Als de printkopvergrendeling gesloten is, gaat u verder met de volgende stappen.

    • Als de printkopvergrendeling open is, duwt u de vergrendeling omlaag om deze te sluiten. Sluit vervolgens de voorklep en probeer af te drukken. Als de fout zich blijft voordoen, gaat u verder met deze stappen.

  6. Druk de vergrendeling van de printkop omlaag om deze te ontgrendelen.

    Voorbeeld van het omlaag drukken van de printkopvergrendeling
  7. Druk de printkop omlaag om deze vrij te geven. Trek de printkop uit de houder en leg de printkop op een beschermd oppervlak, bijvoorbeeld een vel papier.

    Voorbeeld van het omlaag drukken van de printkop en het verwijderen van de printkop uit de houder
    Let op!:

    Om te voorkomen dat er inkt lekt, houdt u de printkop aan de zijkanten vast en houdt u de printkop rechtop.

  8. Zorg ervoor dat u de doppen op de printkop verwijdert.

    Voorbeeld van printkoppen waarvan de pluggen zijn verwijderd
  9. Controleer of de tape van de contactpunten van de printkop is verwijderd.

    Let op!:

    Raak de koperkleurige contactpunten en de inktsproeiers niet aan. Plaats de beschermende tape niet terug op de contactpunten. Als u deze onderdelen aanraakt, kan dat leiden tot verstoppingen, inktfouten en slechte elektrische verbindingen.

    Voorbeeld van het verwijderen van tape van de printkoppen en het niet aanraken van de elektrische contactpunten
  10. Schuif de printkop in een licht opwaartse hoek in de lege houder en druk voorzichtig op de printkop tot deze vastklikt.

    Voorbeeld van het laten zakken van de printkop in de wagen
  11. Herhaal de bovenstaande stappen voor de andere printkop, echter alleen indien dit wordt aangegeven door het printkoppictogram of de foutmelding.

  12. Sluit de vergrendeling van de printkop door deze omlaag te drukken totdat de vergrendeling vastklikt.

    Voorbeeld van het omlaag drukken van de vergrendeling van de printkop om deze op zijn plaats te vergrendelen
  13. Sluit de toegangsklep voor de printkoppen en de klep aan de voorkant.

    Voorbeeld van het sluiten van de voorklep van de printer
  14. Lijn de printkoppen uit.

    • Als uw printer een bedieningspaneel met aanraakscherm heeft, volgt u de instructies op het bedieningspaneel om een uitlijningspagina af te drukken. Volg vervolgens de aanwijzingen op de pagina om de printkoppen uit te lijnen.

    • Als uw printer geen bedieningspaneel met aanraakscherm heeft, knippert er een A op het bedieningspaneel en wordt automatisch een uitlijningspagina afgedrukt. Volg de aanwijzingen op de pagina om de printkoppen uit te lijnen.

De printer resetten

Reset de printer om problemen met de printer op te lossen.

  1. Druk op de aan-uitknop om de printer uit te schakelen. Als de printer niet wordt uitgeschakeld, koppelt u het netsnoer los van de printer.

  2. Haal het netsnoer uit de voedingsbron.

  3. Wacht 60 seconden.

  4. Stop het netsnoer opnieuw in een stopcontact en koppel het aan de printer.

  5. Schakel de printer in om de reset te voltooien.

Neem contact op met HP Klantenondersteuning

Als de vorige stappen het probleem niet hebben opgelost, neemt u contact op met HP Klantenondersteuning voor verdere assistentie.

  1. Voer zo het serienummer van uw apparaat in om de garantiestatus te bekijken en om zo nodig uw locatie te wijzigen.

  2. Selecteer een ondersteuningsoptie. Als u in Azië/het Pacifisch gebied bent, wordt u verwezen naar een lokaal servicecentrum in uw regio.