HP LaserJet Pro M207-M212 printers - Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen

Gebruik de HP Smart app om het tonerniveau voor uw printer te controleren.

1. Open de HP Smart app op uw computer of mobiele apparaat. Ga naar 123.hp.com om de app te installeren.

2. Bekijk de geschatte niveaus voor benodigdheden naast de printerafbeelding. Het kan enkele minuten duren voordat de inkt- of tonerniveaus worden weergegeven.

   

Controleer de tonercartridge op beschadigingen.

1. Open de toegangsklep tot de cartridges.

   

2. Verwijder de tonercartridge.

   

3. Controleer de geheugenchip (e-label) op beschadigingen.

   Als de geheugenchip ontbreekt of beschadigd is, vervangt u de tonercartridge.

   

4. Controleer de tonercartridge op eventuele andere schade.

5. De cartridge plaatsen.

   

6. Sluit de toegangsklep tot de cartridges.

   

Zorg ervoor dat uw afdruktaak is ingesteld voor een optimale printkwaliteit.

1. De papiersoort en -status controleren. Controleer of het papier geschikt is voor de afdruktaak en in goede staat is.

   • Gebruik papier dat is ontwikkeld voor HP LaserJet printers. Dit papier is ontworpen om de extra hitte die geproduceerd wordt tijdens het afdrukproces te weerstaan.

     Let op!:

     Gebruik geen papier dat alleen voor inkjetprinters is ontwikkeld. Inkjet glanzend fotopapier kan bijvoorbeeld worden beschadigd tijdens de afdruktaak, waardoor de printer kan worden beschadigd.

   • De ene papiersoort neemt mogelijk minder toner op dan de andere, waardoor de afdrukken vervaagd of uitgesmeerd raken.

   • Gebruik alleen schoon papier zonder kreukels. Gekreukt of gekruld papier kan donkere, horizontale afwijkingen veroorzaken.

   • Gebruik geen papier met een te ruw oppervlak. Gladder papier kan leiden tot een betere afdrukkwaliteit.

2. Plaats papier volgens de afdrukzijde: Doorgaans is de zijde met het glanzende of gladde oppervlak de afdrukzijde. Het papier wordt met de afdrukzijde naar boven in de invoerlade geplaatst.

3. Plaats papier volgens de afdrukzijde. Plaats papier in de invoerlade met de afdrukzijde naar boven gericht. De gladdere of glanzende zijde is meestal de afdrukzijde.

4. De instellingen voor de afdruktaak controleren: Klik in de toepassing waarmee u afdrukt op Bestand > Afdrukken en klik vervolgens op Opties, Printerinstellingen of Voorkeuren of open het menu Papiertype/-kwaliteit of Media en kwaliteit.

   Controleer of de instellingen voor de kleur, papiersoort, papierformaat en kwaliteit correct zijn voor uw afdruktaak.

5. Controleer de kwaliteit van de foto of het document: Gebruik hulpprogramma's voor fotobewerking om de kleuren, helderheid, het contrast en andere instellingen voor vormgeving te verbeteren. Foto's en afbeeldingen met een hogere resolutie resulteren in duidelijkere afdrukken met nauwkeurigere kleuren.

Gebruik Geavanceerde instellingen in de HP Smart-app om de tonercartridge te reinigen en eventuele problemen met de afdrukkwaliteit op te lossen, zoals verticale donkere strepen of herhaalde horizontale strepen.

1. Open de HP Smart-app en klik vervolgens op de afbeelding van uw printer om de instellingen en hulpprogramma's te openen.

2. Klik onder Instellingen op Geavanceerde instellingen om de geïntegreerde webserver (EWS) van de printer te openen.

3. Klik op de startpagina van de EWS op het tabblad Systeem en klik vervolgens op Onderhoud.

4. Als u wordt gevraagd om u aan te melden, typt u de admin voor de gebruikersnaam, indien nodig, voert u de pincode van het printerlabel in en klikt u op Verzenden. Dit label bevindt zich meestal in het cartridgegebied.

   

5. Klik onder Cartridgereinigingsmodus op Start.

   Het bericht Cartridge reinigen is begonnen verschijnt in de EWS. De printer doet er mogelijk 3 minuten over om de reiniging te voltooien.

   

Gebruik Geavanceerde instellingen in de HP Smart app om een fuserreinigingspagina af te drukken en problemen met de afdrukkwaliteit op te lossen, zoals tonervlekken of -puntjes, vegen, strepen, lijnen of herhaalde markeringen.

1. Controleer of er papier in de invoerlade is geplaatst en schakel vervolgens de printer in.

2. Open de HP Smart-app en klik vervolgens op de afbeelding van uw printer om de instellingen en beheerprogramma's te openen.

3. Klik onder Geavanceerd of Instellingen op Geavanceerde instellingen om de Embedded Web Server (EWS) van de printer te openen.

4. Klik op de startpagina van de EWS op het tabblad Systeem en klik vervolgens op Service.

5. Als u wordt gevraagd om u aan te melden, voert u admin in voor de gebruikersnaam, voert u de PIN van het printerlabel in en klikt u op Verzenden. Dit label bevindt zich meestal in het cartridgegebied.

   

6. Klik onder Fuserreinigingsmodus op Start.

   Bij sommige printers moet u op een knop op het bedieningspaneel drukken, die meestal wordt aangeduid door een knipperend waarschuwingslampje. Druk bijvoorbeeld op de knop Start kopiëren/Hervatten, Hervatten/Annulerenof Hervatten om de reiniging van de fuser te starten.

   

   De printer gebruikt één vel papier om de fuser te reinigen. Het reinigen van de printer kan tot 3 minuten duren.

Gebruik Geavanceerde instellingen in de HP Smart-app om de instellingen voor afdrukdichtheid te wijzigen en problemen met de afdrukkwaliteit op te lossen.

1. Open de HP Smart-app en klik vervolgens op de afbeelding van uw printer om de instellingen en hulpprogramma's te openen.

2. Klik onder Instellingen op Geavanceerde instellingen om de geïntegreerde webserver (EWS) van de printer te openen.

3. Klik op de startpagina van de EWS op het tabblad Systeem en klik vervolgens op Systeem installatie.

4. Als u wordt gevraagd om u aan te melden, typt u de admin voor de gebruikersnaam, indien nodig, voert u de pincode van het printerlabel in en klikt u op Verzenden. Dit label bevindt zich meestal in het cartridgegebied of de printerklep.

   

5. Selecteer naast Afdrukdichtheid een hogere dichtheidswaarde om de hoeveelheid toner die wordt gebruikt bij het afdrukken te verhogen, wat de afdrukkwaliteit kan verbeteren.

   

6. Klik op Toepassen als u klaar bent.