HP-printers - Foutbericht Wagenstoring of E3

Verwijder alle losse vellen papier of obstructies die het pad van de cartridgewagen kunnen blokkeren.

1. Schakel de printer uit en haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.

2. Open de cartridgeklep en verwijder de tape aan de binnenzijde van de printer.

   Voorbeelden van een toegangsklep voor de cartridges

   

3. Zoek en verwijder eventuele obstructies in het pad van de cartridgewagen, zoals gekreukt papier of verkleefde etiketten.

   Voorbeeld van een printer met blokkeringen in het pad van de cartridgewagen

   

4. Als de cartridgewagen een vergrendeling heeft, drukt u deze voorzichtig omlaag om er zeker van te zijn dat hij op zijn plaats is vergrendeld.

   Let op!:

   Inkttank-printers: Als de wagenvergrendeling gesloten is, moet u niet naar beneden drukken. Hierdoor kunt u de printer beschadigen.

   Afbeelding van de vergrendeling van de wagen

   

5. Als de wagen niet op zijn plaats is vergrendeld, verplaatst u deze naar elke zijde en verwijdert u eventuele obstructies die het pad blokkeren.

   Let op!:

   Forceer de wagen het niet als deze vastzit. Hierdoor kan de printer beschadigd raken.

6. Sluit de printerklep.

7. Sluit het netsnoer weer aan en schakel de printer in.

Reset de printer voor het herstellen van problemen met de printer.

1. Als uw printer een oplaadbare accu heeft, verwijdert u deze.

2. Koppel het netsnoer los van de printer zonder de printer uit te zetten.

3. Haal het netsnoer uit het stopcontact.

4. Wacht 60 seconden.

5. Sluit het netsnoer opnieuw aan op een stopcontact en de printer.

   Opmerking:

   HP raadt aan om de printer rechtstreeks op een stopcontact aan te sluiten.

6. Schakel de printer in om de reset te voltooien.